DÉSIRÉ LEIJS
Advocaat | Shioda advocaten | Beëdigd 1988

BIOGRAFIE

Mr. Leijs is gespecialiseerd in het erfrecht. Aanvankelijk heeft hij zich als advocaat bezig gehouden met ondernemingsrecht  en familierecht, met name complexe financiële afwikkelingen van echtscheidingen. De laatste twaalf jaren heeft hij zich toegelegd op het erfrecht. Hij is lid van de VEAN (Vereniging Erfrechtadvocaten Nederland).

Erfrecht is een typisch notarieel onderwerp. Vóór 2003 (het jaar waarin het volledig vernieuwde erfrecht van kracht werd) was procederen in het erfrecht eerder uitzondering dan regel. Veelal konden notarissen een einde maken aan (dreigende) geschillen. De maatschappij is echter veranderd en zo ook de houding van de burger. Berustte een nazaat vroeger in een onterving, dat is nu vaak niet meer het geval. Dit is het terrein van de gespecialiseerde erfrechtadvocaat, zoals Mr. Leijs, die naast een gedegen kennis van het erfrecht beschikt over een uitstekende beheersing van het (erf)procesrecht.

Mr. Leijs heeft zijn bul in 1987 gehaald aan de Vrije Universiteit te Amsterdam. Daarna is hij als advocaat gaan werken in Hilversum. Shioda Advocaten is vernoemd naar de, helaas overleden, Japanse echtgenoot, Nobuyuki Shioda, van de compagnon van mr. Leijs. Na haar pensionering heeft mr. Leijs besloten de naam, die een goede bekendheid heeft in Het Gooi, te handhaven.

Het erfrecht en het hiermee verbonden schenkingsrecht zijn complexe rechtsgebieden, niet in de laatste plaats omdat vele beslissingen op erfrechtelijk gebied grote gevolgen kunnen hebben in fiscale zin. Het erfrecht van 2003 is niet los te zien van de Successierechtwet  1956. Naast talloze cursussen heeft mr. Leijs bij de Academie voor de Rechtspraktijk de leergang Erfrecht gevolgd onder de bezielende leiding van de hoogleraren Bernard Schols, Freek Schols en Wouter Burgerhart. De eerste twee  zijn verbonden aan de Radboud Universiteit Nijmegen en de laatste aan de Rijksuniversiteit  Groningen.

Procederen kan geruime tijd in beslag nemen. Niet voor niets betekent het letterlijk: “voortschrijden”. Wanneer de rechtzoekende uiteindelijk een onherroepelijk vonnis in handen heeft blijkt in de executie de kracht van de rechtstaat, bepaald geen papieren tijger.

Ter illustratie enkele zaken (zie ‘Zaken’ hieronder) waar mr. Leijs als advocaat bij betrokken was.

kwalificaties

• Magna Charta Leergang Erfrecht 2015

• Vrije Universiteit Amsterdam 1987

• Vereniging Erfrechtadvocaten Nederland

INTERESSEGEBIEDEN

• Legitieme portie

• Aanvaarding en verwerping

• Executele

• Verdeling

• Schenk- en erfbelasting

ZAKEN

De man (cliënt van mr. Leijs) ontdekte na het overlijden van zijn echtgenote dat vrijwel haar gehele vermogen was verdwenen. De echtgenote kon niets meer gevraagd worden maar duidelijk was dat zij aanzienlijke bedragen had overgeboekt aan haar zuster, zonder de man te informeren. De zuster van de vrouw was door deze overboekingen en pinbetalingen circa € 73.000,- rijker geworden . Mr. Leijs vernietigde de schenkingen en kreeg gelijk van de rechtbank. Het Gerechtshof Den Haag bekrachtigde het vonnis van de rechtbank. De man ontving alsnog de nalatenschap van zijn echtgenote waar hij recht op had. (ECLl:NL:GHDHA:2016:4286 en ECLI :NL:GHDHA:2016 :4286)

Erflater dacht zijn zaken goed voor elkaar te hebben door zijn twee dochters (met wie hij al twintig jaar vrijwel geen contact had) te onterven en zijn partner (cliënt van mr. Leijs) als enig erfgenaam te benoemen. Erflater en zijn notaris waren echter een tweetal levensverzekeringen vergeten, waarbij als begunstigden de twee dochters waren aangewezen. De partner ving bij de rechtbank bot op basis van de leer van “het zelfstandig recht”, in het begin van de vorige eeuw ontwikkeld door de Hoge Raad. De partner ging in hoger beroep en op grond van de redelijkheid en billijkheid oordeelde het Gerechtshof Amsterdam anders en ontving de partner alsnog de uitkeringen. De beide dochters lieten het er niet bij zitten en legden de zaak voor bij de Hoge Raad. In een fraaie conclusie oordeelt AG mr. M.I.C.C. Luckers tot verwerping van het beroep. De Hoge Raad volgde op 6 juli jl. de conclusie van de AG en verwierp het beroep in cassatie. Een rechtvaardige uitspraak maar een die het leven van de verzekeraars er niet eenvoudiger op maakt (ECLI:NL:HR:2018:1102).

Oma (erflaatster) benoemt een zoon en kleinzoon (A) tot executeurs (cliënten van mr. Leijs), onterft een dochter en een andere kleinzoon (B), broer van A. Oma heeft in haar testament bepaald dat, wanneer B een beroep doet op zijn legitieme portie, er rekening moet worden gehouden met een eerder aan B gedane gift. De gift is zodanig van omvang dat er van de legitieme portie niets meer over blijft. B ontkende de gift en vorderde bij de rechtbank dat hij recht had op zijn gehele legitieme portie, zonder rekening te houden met de gift. B kreeg van de rechtbank ongelijk en legde de zaak voor aan het Gerechtshof Amsterdam. Het hof bekrachtigde het vonnis van de rechtbank en oordeelde dat B, alhoewel hiertoe in de gelegenheid gesteld, geen tegenbewijs had geleverd van de door de rechtbank en hof voorshands gedane aanname dat de gift effectief had plaatsgevonden. B heeft de zaak voorgelegd aan de Hoge Raad.

SHIODA ADVOCATEN

Shioda Advocaten

‘s-Gravelandseweg 57

1217 EH Hilversum

035 – 62 1 89 99

Share This